Experts over huisbier: margemaker of valkuil?

huisbier horeca

Tijdens de horecabeurs BBB Maastricht gingen twee horecaondernemers en twee bierexperts in gesprek over de kansen en risico’s van huisbier. In het panel zaten horecaondernemers Isabel van der Vleuten (’t Hijgend Hert, Vijlen) en Gerrit Verweij (Het Rechthuis, Mijdrecht), en de ervaren juryleden Fiona de Lange en Derek Walsh.

De discussie begon met de basisvraag: wat ís een huisbier eigenlijk? Een huisbier is een bier dat exclusief voor één horecazaak wordt gebrouwen en past bij het karakter van die zaak. “Het is meer dan een eigen etiket”, zei Fiona de Lange. “Een huisbier is een bier waarbij is nagedacht over recept, stijl en presentatie. Het hoort bij het verhaal dat je als ondernemer wilt vertellen.”

De verkiezing Huisbier van het Jaar, al in 2008 opgezet door journalist Sander van Werkhoven, wil ondernemers helpen hun huisbieren te verbeteren. Vlak voor de paneldiscussie werd de jurering voor Huisbier van het Jaar 2025 afgerond. De Lange en Walsh jureerden ook dit jaar.

huisbier horeca
Derek Walsh: “Huisbier is Een uitdaging, maar absoluut een kans als het bier past bij de zaak.”

Waarom een huisbier?

Voor De Lange is een huisbier vooral een kans om identiteit uit te drukken: “Een huisbier is een kans om te laten zien wat de identiteit van jouw zaak is. Je vertelt een verhaal.” Iedere ondernemer kan ermee beginnen, benadrukt ze, maar er zijn wel grenzen. “Als je tapinstallatie of financiering van een brouwer komt, moet je goed nagaan wat de afspraken zijn. Soms is er ruimte, soms niet. Een huisbier in fles of blik mag altijd.”

Dan de vraag waarom je het zou doen. “Voor de een is het een margemaker, voor de ander een manier om zich te onderscheiden”, zegt ze. “Het kan ook beide zijn, maar het moet passen bij je zaak, anders blijft het bij een gimmick.”

De praktijk: twee ondernemers

De twee ondernemers aan tafel gaven een praktisch inkijkje. In Boscafé ’t Hijgend Hert voert Isabel van der Vleuten vier Hert-bieren, waarvan één alcoholarm. “Alcoholarm is nog een niche, maar we wilden dat onze gasten ook een herkenbare keuze hadden als ze minder willen drinken, bijvoorbeeld als ze nog moeten rijden.”

De bieren worden gebrouwen bij Grain d’Orge in België. “Dat is de dichtstbijzijnde brouwer, op twintig minuten rijden.” Inmiddels komt de helft van haar bieromzet uit de Hert-bieren. Een paar jaar geleden introduceerde ze Hert Stout, het eerste niet-Belgische biertype. “Die loopt wat minder hard dan Hert Blond en Hert Bruin, maar als begeleider bij sommige gerechten van de kaart, zoals een stoofpotje, wint de stout nu aan populariteit.”

Gerrit Verweij begon acht jaar geleden met één bier en heeft er nu elf. “Het leek mij leuk om een eigen bier te ontwikkelen, dus ik ben naar de lokale brouwer gegaan. Dat werd Rechthuis Blond. Dat was een succes en toen volgde de bock. Het is daarna een beetje uit de hand gelopen.” De elf huisbieren zorgen nu voor 70% van zijn speciaalbieromzet. Beide ondernemers geven aan dat de marge goed is.

huisbier horeca
Isabel van der Vleuten: “Voor mij is huisbier een kans.”

Van idee tot glas

Hoe begin je aan een huisbier? Volgens Derek Walsh, zelf ervaren ontwikkelaar van bierrecepten, ligt de sleutel bij samenwerking. “Een huisbier maken is teamwork. De ondernemer kent zijn gasten, de brouwer kent zijn proces. Als ze goed met elkaar praten, krijg je een bier dat klopt.” Hij raadt ondernemers aan om deskundige hulp te zoeken. “Schakel een expert in, bijvoorbeeld een biersommelier. Die kan de vertaalslag maken, zodat de brouwer of een andere specialist een recept kan ontwikkelen.”

Maar met een recept ben je er nog niet. “Eigenlijk moet je al proeven vóórdat het bier wordt afgevuld”, zei Walsh. “Laat monsters analyseren in een lab, en eis dat van je brouwer. Wachten tot het op fles zit, is te laat.” De Lange: “Die aanpak hoort bij professioneel werken. Ik zou Derek inschakelen. Hij is dé specialist.”

huisbier horeca
Gerrit Verweij: “Huisbier is een kans, maar wel één die je professioneel moet aanpakken.”

Welke biertypen werken?

De meest succesvolle biertypen bij de Huisbier van het Jaar-verkiezing zijn al jaren dezelfde: blond, wit/weizen, saison en pale ale bij de lichte bieren. “Dat zijn in de categorie licht echt de toegankelijke bieren”, zegt Walsh. “Ze passen goed bij wat gasten verwachten in een café.”

In de categorie zware bieren (6,5% en hoger) waren tripel en porter/stout de afgelopen jaren het meest succesvol. De Lange ziet dat de kwaliteit van ingezonden huisbieren stijgt: “Je ziet dat ondernemers beter begrijpen welke smaak past bij hun publiek. Dat is misschien wel de grootste vooruitgang die we hebben gezien.”

Kwaliteit bewaken

Van der Vleuten stuurt bier alleen terug als het echt niet goed is. “Dat gebeurt zelden, maar als het gebeurt, dan terecht.” Verweij proeft standaard bij de brouwerij: “We proeven uit de tank, vóór de afvulling. Als het niet klopt, stoppen we daar.

“Een keer kwam er een afwijkende geur in een batch. Die hebben we laten onderzoeken en uiteindelijk afgevoerd. Liever dat dan een bier op de tap zetten waar ik niet achter sta.” Walsh herkent dat: “Ik ben vroeger ingehuurd als bemiddelaar tussen brouwers en klanten. Daar ben ik mee gestopt. De les is: kwaliteit moet vóór het verpakken gecontroleerd worden.”

Populariteit versus kwaliteit

Soms is een huisbier razend populair bij gasten, terwijl de jury kritisch is. Wat zegt dat? De Lange: “Dan heb je een goed bier, maar het kan vaak nóg beter. Onze feedback is bedoeld om verder te verbeteren.” Walsh: “Social media maakt het risico groter. Eén slechte batch kan je imago schaden. Laat collega’s of buren je bier proeven – een klein testpanel doet wonderen.”

Risico’s

Een huisbier vraagt om investering en risico. Volgens Walsh ligt de minimale afname bij sommige brouwers rond de 600 tot 1000 liter. “Dan moet er glaswerk komen, tapruiters en viltjes. Als het niet verkoopt, kan het verouderen of moet je er geld op toeleggen.” Verweij weet dat uit ervaring: “Bij een brouwer in Utrecht zat mijn huisbier nog in de tanks toen het faillissement werd uitgesproken. Gelukkig kon ik onderhandelen en werd het nog vrijgegeven.” Hij maakte ook mee dat bieren per ongeluk in fusten werden afgevuld in plaats van op fles.Maar het grootste risico is toch de kwaliteit: je naam staat op het spel.

Verkoop en uitstraling

Volgens De Lange bepaalt presentatie een groot deel van het succes. “Zorg voor herkenbaarheid. Glazen, viltjes, communicatie – het hoort bij elkaar.”

Van der Vleuten koos bewust voor uniform glaswerk: “Onze bar is klein en het personeel wisselt regelmatig. Nu hebben we nog maar twee soorten glazen met ons huismerk erop, en alles past daarin. Het ziet er beter uit en gasten zien steeds onze naam. We hebben zelfs gerechten op de kaart die met onze bieren zijn gemaakt. Het is echt een verlengstuk van ons merk.”

Ook Het Rechthuis zorgt voor zichtbaarheid buiten de zaak. “Een aantal speciaalzaken in het dorp en daarbuiten verkoopt onze bieren”, zegt Verweij. “Zo is onze naam op meerdere plekken zichtbaar.”

Beide ondernemers verkopen hun bieren ook in geschenkverpakkingen, waardoor het merk mee naar huis gaat. Van der Vleuten is daar erg enthousiast over.

huisbier horeca
Fiona de Lange: “Huisbier is een kans, mits de kwaliteit goed is.”

Kans of valkuil?

Op de slotvraag – is huisbier een kans of een valkuil? – waren de antwoorden unaniem.

Isabel van der Vleuten: “Voor mij is het een kans.”
Gerrit Verweij: “Een kans, maar wel één die je professioneel moet aanpakken.”
Fiona de Lange: “Een kans, mits de kwaliteit goed is.”
Derek Walsh: “Een uitdaging, maar absoluut een kans als het bier past bij de zaak.”

Het Nederlandse huisbier is volwassen geworden. Wie het professioneel aanpakt, bouwt niet alleen marge op, maar vooral merkwaarde. En het goede nieuws? Bij de jurering op 8 oktober scoorde 85% van de bieren een voldoende tot goed, het hoogste percentage ooit.

Bezoek onze sociale media

Bezoek onze meest recente blogs